Guus Hiddink
Afgeladen clubhuis Koninklijke HFC voor Guus Hiddink
‘Ik laat me niet zo gauw gek maken’
De invitatie lag nog niet op de digitale mat of de aanmeldingen voor de maandelijkse sponsorborrel stroomden binnen. Zo rond de tweehonderd belangstellenden meldden zich via de nieuwsbrief. Oorzaak van al deze commotie: Guus Hiddink zou komen en dat wil je natuurlijk niet missen. En inderdaad, Guus Hiddink kwam, zag en overwon. Maar niet nadat hij eerst door Henk Uildriks werd ‘neergezet’.
,,Het is heel opmerkelijk. Op de dag dat Holleeder vrij komt is het hier zo ongelooflijk druk. Dat geeft te denken’’, opent Henk het bal. Het eerste lachsalvo is ‘binnen’. Er zullen er nog vele volgen. ,,Welkom bij de oudste en enige koninklijke voetbalclub in Nederland’’, gaat Henk verder. ,,In de Spaanse voetbalcompetitie spelen maar liefst zeven koninklijke clubs. Daar is het veel makkelijker om trainer te worden van een koninklijke vereniging.’’
Guus Hiddink luistert er schijnbaar onbewogen naar, maar je ziet hem denken: “dit heb ik nog nooit meegemaakt”. Hij is inmiddels wereldwijd de bekendste Nederlander. Op dat lijstje is hij Cruijff gepasseerd. In Zuid-Korea is, na zijn successen tijdens het WK aldaar, zelfs een stadion naar hem genoemd. Hij is geboren in Varsseveld. Komt uit een gezin met zes zonen. Ook zijn vader kon een aardig balletje trappen.
Op zijn vijftiende debuteerde hij al in het Eerste van de plaatselijke amateurclub. Daarna PSV, De Graafschap, NEC, Washington Diplomats, NEC en weer De Graafschap. Als voetballer was hij zeker een verdienstelijk speler, de grote roem kwam echter tijdens zijn trainerscarrière. Uildriks vervolgt zijn lofzang op de populaire coach: ,,Bij PSV won hij diverse landstitels, bij Valencia leerde hij vooral golfen. In Amerika haalde hij als bondscoach van Oranje de kwartfinale. Stuurde Edgar Davids naar huis. Daar was veel om te doen. Het is bij Ajax trouwens een stuk moeilijker om van Davids af te komen.’’
Via Real Madrid en Betis Sevilla kwam hij in Zuid-Korea terecht. Het succes tijdens het WK in dat land moge genoegzaam bekend zijn. Daarna streek hij wederom neer bij zijn oude liefde PSV, waarmee hij tot de halve finale van de Champions League reikte. Vervolgens werd hij bondscoach van Australië, Rusland en ad-interim bij Chelsea. ,,Zelfs Louis van Gaal is er niks bij. Die mag Guus hooguit als caddie bijstaan, maar dan moet-ie wel z’n mond houden’’, aldus Uildriks.
De beurt is nu aan Guus Hiddink, die zo overrompeld is dat hij iedereen maar meteen bedankt voor de komst en nog een fijne avond verder wenst… Zo’n introductie had hij duidelijk niet verwacht. Hij vraagt of Henk erbij komt. Een tweegesprek is hem in dit geval liever. Henk vraagt hoe hij het toch voor elkaar heeft gekregen om zo’n mooie loopbaan te realiseren. Guus relativeert. Ook hij heeft hier en daar veel kritiek gekregen. ,, Ik heb er alleen nooit zo’n last van gehad. Kon het makkelijk van me afzetten. Ik heb ook een kleine groep goeie mensen om me heen die me adviseren en bijstaan wanneer nodig.’’
Wanneer startte de trainerscarrière echt, wil Henk weten. ,,Dat was toen Hans Kraaij wegging bij PSV en ik, tijdelijk, de boel over zou nemen. Omdat we toen meteen kampioen werden, wilde de clubleiding met mij door. Terwijl ze van plan waren Rinus Michels voor de job te vragen. We werden toen drie jaar achter elkaar kampioen van Nederland.’’
Over zijn jeugd kan hij zich goed herinneren dat hij met zijn opa ging jagen. ,,Ik moest ervoor spijbelen, maar vond dat niet erg. Ik weet nog goed dat de ogen van mijn grootvader steeds slechter werden. Hij schoot op een gegeven moment zelfs op koeien. Toen vroeg hij of ik het niet eens wilde proberen. Ik schoot meteen raak. Een haas, die vervolgens kermend door de lucht vloog. Was ook mijn laatste schot. Niks voor mij.’’
Zo af en toe komt hij nog in Zuid-Korea. In 2002 haalde hij met de Koreanen de vierde plaats. Een enorme sensatie. En altijd weer staan er zo’n twintig cameraploegen op het vliegveld te wachten. En een stuk of vijftig, zestig fotografen. ,,Het is echt niet te geloven. Inmiddels tien jaar na dato. Ik was er vorig jaar met Jean Marie Pfaff. Die was helemaal in zijn nopjes met al die belangstelling. Hij maakte zich al breed voor de foto’s. Maar toen ik linksaf sloeg voor een korte persconferentie en Jean Marie rechtdoor ging, liepen echt álle journalisten, cameramensen en fotografen met mij mee. Je had dat gezicht van Pfaff moeten zien. Geweldig!’’