Hans Böhm

Hans Böhm is internationaal meester in het schaken, schrijver, zanger, filmster, schaakjongleur op radio en tv, gespreksleider, simultaanspeler, secondant en vooral: wereldkampioen Back Gammon.

De randverschijnselen leverden Hans meer op dan het schaken zélf. Reeds op jonge leeftijd trok hij samen met Jan Timman de wijde wereld in. In menig café deden zij zich voor als 'schaaknitwits’, wonnen daardoor grote weddenschappen en verdienden zodoende de kost, de reis en het ‘blitsen’ op zonnige stranden. Sindsdien weigert Jan Timman iedere dopingcontrole. Schakend reizen en reizend schaken zit Hans Böhm in het bloed. Regelmatig keert hij terug naar de 'roots' van de schaaksport: de Turkse wateren waar in de jaren 500, ten tijde van het Ottomaanse Rijk, voor het eerst werd geschaakt. Aan boord van klassieke zeiljachten is Hans sparringpartner van welgestelden. De schaaksport kent zijn eigen humor, zoals de warming-up: “Op en neer, op en neer, goed zo, nu het andere oog”.

Die humor zie je ook terug in de namen van schaakclubs. Schilderswijk: “Het matje”. Wassenaar: “Het patje”. Binnenhof: “Hoog van het torentje”. Er is een veteranenclub met de naam “De versleten Dame”.

Sinds de jaren tachtig werd Hans Böhm een bekende Nederlander. Hij begon met het radioprogramma “Man en paard”, trad op bij Studio Sport en kreeg in 2000 bij RTL 5 zijn eigen tv-programma “Hans Bovenkamer”. De grote doorbraak kwam met “Ook dat nog”. Gedurende tien jaar was Hans Böhm de ‘stem’ van dit programma, namelijk de korzelige ambtenaar, die een klacht altijd behandelde met “Maar meneertje, daar weten wij niks van hoor, zal eens even bij mijn collega informeren. Belt U nog maar eens terug”.

Hans Böhm werd in 1995 filmster in de Dick Maasfilm “Lang leve de Koningin”.
Een cd zong hij vol met een Jordaanlied, waarin een verjaardagsfeest eindigt in een moordpartij als gevolg van een spelletje schaak.

2000-2005 Overzicht