Thomas Lepeltak
‘TomTom’ Lepeltak maakte ‘Stan Huygens’ tot groot succes
De gastspreker van dienst liet het in groten getale opgekomen publiek bij de sponsorborrel van 23 november 2012 lang wachten. Hij had over het ritje vanuit zijn huis in Amsterdam naar HFC maar liefst twee uur gedaan. ,,Mijn navigatie stuurde me eerst naar HFC Haarlem-Kennemerland en daarna was het een heel gedoe om dit complex te vinden. Bob Witjas heeft me uiteindelijk naar binnen gepraat.’’ Het gebeurde vroeger wel vaker dat HFC Haarlem en Koninklijke HFC met elkaar werden verward, maar daar had niemand nu nog op gerekend. Het deed Henk Uildriks de grap ontlokken dat we deze avond naar TomTom Lepeltak gingen luisteren!
Henk vervolgde zoals te doen gebruikelijk met het lichten van de doopceel van de gast. ,,Thomas Lepeltak is een levende legende in de journalistiek. Hij maakte de dagelijkse rubriek in De Telegraaf, ‘Stan Huygens Journaal’, tot een groot succes en maakte ‘eten en drinken’ populair in Nederland door erover te schrijven. Liet veel mensen kennismaken met de culinaire top van ons land.”
Lepeltak verzorgde ‘Stan Huygens’ tussen 1971 en 2003. Hij schreef over zaken die de ‘normale’ pagina’s van De Telegraaf niet haalden, maar hij bediende daar wel een grote groep belangrijke relaties mee. Bovendien ving hij geregeld nieuwtjes en soms zelfs regelrechte primeurs op. Henk: ,,In al die jaren schreef Lepeltak over zakenlui, over politici, ambassadeurs én over John Beeren. Als man van eenvoudige komaf leefde hij als een miljonair. Dat je er uiteindelijk niet bepaald arm van wordt, is natuurlijk geen wonder als je, na je bezoek aan de Bokkedoorns, niet hoeft af te rekenen.’’
“Onze gastspreker neemt geen blad voor de mond”, vervolgde Henk. “Hij is vaak ook niet te beroerd om de parlementaire journalistiek fel te bekritiseren: veel te soft, maken te veel onderdeel uit van het wereldje.” Hij ontmoette zowat alle groten der aarde, van koning Hoessein van Jordanië en koningin Elisabeth van Groot-Brittannië tot de keizer van Japan. Maar niet koningin Beatrix. ,,Die is geen fan van Lepeltak, ook al omdat die sympathiek zou staan tegenover het idee van een republiek”, aldus Henk
Thomas Lepeltak geeft vervolgens aan dat vaak gevraagd wordt of hij het werk van journalist mist. Zijn antwoord is dan steevast ‘ja en nee’. ‘Nee’ omdat het na 45 jaar wel mooi is geweest, en ‘ja’ omdat het zo’n mooi vak is. Maar ook ‘nee’ omdat het vak, althans de hele sfeer erom heen, veel minder leuk is geworden. ,,Toen we vroeger in hartje Amsterdam ons kantoor hadden, gingen we na het werk de kroeg in: Scheltema, Hoppe, noem maar op. Legendarische avonden waren dat. Mooie tijd. Nu zit het hoofdkantoor van De Telegraaf vlakbij Sloterdijk. Er wordt gewerkt vanuit kantoortuinen. Wat een afschuwelijke uitvinding is dat.’’
Evenals Wina Born stimuleerde Lepeltak de aandacht voor (buitenshuis) eten in ons land. Restaurateurs, chef-koks, wijnkenners: ze maakten allemaal hun opwachting op pagina 4 van de Telegraaf. Als je mee wilde tellen op zakelijk gebied, moest je toch af en toe, het liefst met foto, in de rubriek figureren. Intussen pakte Lepeltak de ene na de andere primeur mee. Hij was de eerste die de op handen zijnde scheiding van prinses Christina naar buiten bracht en het nieuwtje publiceerde dat bisschop Simonis kardinaal zou worden. Hij was ook goed bekend met mensen als Freddy Heineken. ,,Freddy was altijd scherp met zijn vak bezig. Ik kan me herinneren dat hij een Frans biermerk dat Amerika wilde veroveren, bestookte met de door hemzelf bedachte kreet dat het feit dat dat bier in Frankrijk op de markt te koop was, de reden was dat de Fransen wijn dronken.’’